Sevilla
Sevilla is de hoofdstad van de Spaanse regio Andalusië. Het is de belangrijkste stad van Zuid-Spanje op het gebied van cultuur, politiek, economie en kunst. In 2022 had de stad 681.998 inwoners, en in de agglomeratie Sevilla wonen ongeveer 1,5 miljoen mensen.
Sevilla ligt aan de rivier de Guadalquivir, die voor niet al te grote zeeschepen bevaarbaar is tot in de stad. Sevilla heeft het grootste historische centrum van Spanje en een van de grootste van Europa, waarin de bezienswaardigheden van de stad, de kathedraal van Sevilla met de toren Giralda, het Alcázar en de Torre del Oro zich bevinden.
Wij bezochten Sevilla in de voorjaarsvakantie. Dat was een goede keus, want het was zo’n 22 graden overdag. Dus een heerlijke temperatuur voor een citytrip in februari. Voor ons Nederlanders ook bijzonder dat de sinaasappelbomen vol fruit hangen in deze maand.
Wij vlogen met Transavia vanaf Eindhoven en hadden een hotel geboekt via booking https://www.booking.com/hotel/es/venecia Dit was een prima hotel voor een gunstige prijs. Het ligt erg gunstig om de bezienswaardgheden te bezoek.
Om een stad te ontdekken beginnen wij meestal met een stadswandeling. De stadswandeling van reisroutes.be vinden wij erg fijn. Deze kan je in meerdere stukken/ dagen opdelen, zodat je de tijd hebt om lekker ergens iets te gaan drinken of eten of een museum of bezienswaardigheid te bezoeken. Tips om glutenvrij te eten vind je op https://captureplaces.com/glutenvrij-eten-in-sevilla/
Plaza de España
De wandeling begint in de buurt van het halvemaanvormige Plaza de España, een van de bekendste pleinen van Sevilla. Ter ere van de Ibero-Amerikaanse tentoonstelling van 1929 werden er diverse gebouwen opgetrokken in het Maria-Luisapark, waaronder dit ontwerp van Aníbal González Álvarez.
Het plein heeft de vorm van een enorme halve cirkel die volledig wordt omringd door gebouwen. Deze gebouwen vormden tijdens de wereldtentoonstelling van 1929 het paviljoen van Spanje. Het merendeel van deze gebouwen wordt vandaag de dag gebruikt door de overheid. Midden op het plein staat een fontein en het middenplein wordt bijna volledig omringd door een kanaal waarover vier bruggen zijn aangelegd die de 4 oude koninkrijken van Spanje vertegenwoordigen.
Parque de Maria Luisa
Het Parque de María Luisa grenst aan het bekende Plaza de España. Het park is een oase van rust in Sevilla en kan op hete dagen een bron van afkoeling zijn vanwege de schaduwrijke wandelpaden, de fonteinen en mooie beplanting van mediterrane bomen en kleurrijke bloemen. Voor Sevillanen een ideale plek voor een picknick, een romantische wandeling of om te fietsen. Ook kan je genieten van de vele vogels. In het park zijn ook 2 musea gevestigd.
De Giralda klokkentoren.
De Giralda klokkentoren kan je bereiken via de kathedraal en werd tussen 1184-1195 gebouwd in opdracht van de Almohaden. Destijds was het de hoogste minaret ter wereld. In plaats van trappen is er een hellende gang die naar de top voert en die per paard bereden kon worden.
Kathedraal van Sevilla
De Kathedraal van Sevilla is een grote gotische kathedraal. Deze is gebouwd in de vorm van een vijfbeukige kruiskerk met kapellen en is van binnen 127 meter lang, 83 meter breed en 43 meter hoog. Daarmee is het na de Sint-Pietersbasiliekin Rome en de St Paul’s Cathedral in Londen het grootste kerkgebouw van Europa en tevens het grootste gotische kerkgebouw ter wereld. De kathedraal van Sevilla heeft een uitzonderlijk rijke inventaris. Sinds 1987 staat zij op de lijst van Werelderfgoed van de UNESCO.
In de zuidelijke dwarsbeuk bevindt zich het praalgraf van Christoffel Columbus, dat in 1892 in de kathedraal van Havana gebouwd werd, en na de onafhankelijkheidsverklaring van Cuba in 1898 hiernaartoe werd overgebracht. Het is niet zeker of het monument werkelijk het stoffelijk overschot van Columbus bevat.
Real Alcazar- Koninklijk paleis van Sevilla
De naam ‘Alcazar‘ betekent kasteel in het Spaans en is afgeleid van het Arabische woord al-qasr (vesting of paleis). Het complex van paleizen in verschillende bouwstijlen. Veel gebouwen zijn in Mudéjar-stijl; een bouwstijl met veel invloeden van de Moorse en Christelijke cultuur. Het paleis is waarschijnlijk het oudste nog in gebruik zijnde paleis van Europa; wanneer Koning Felipe V in Sevilla op bezoek is, is dit paleis van de UNESCO-lijst nog steeds zijn residentie.
Met een afbeelding van een gekroonde leeuw die een kruis vasthoudt en een gotisch schrift ingelegd in de opdoemende stenen muren, is de ingang van het Alcázar evenzo statig als afschrikwekkend.
Palacio del Rey Don Pedro vertoont nog steeds weelde en Mudéjar-architectuur met zowel Moorse als christelijke kenmerken.
De Alcázar tuinen zijn schitterend, bloeiend en een lust voor het oog. Het wemelt er van de rijke flora en fauna die goed gedijt in de Spaanse warmte.
Metropol Parasol
Op het plein Plaza de la Encarnación van Sevilla staat Metropol Parasol, ook wel bekend als de paddenstoelen van Sevilla. Dit in 2011 geopende bouwwerk is ontworpen door de Duitse architect Jürgen Mayer. hij intergreerde de resten van een Romeinse kolonie in zijn bouwwerk. Oorspronkelijk wilde men hier in Sevilla een parkeerplaats bouwen, maar dat werd verhinderd door de vondst van deze Romeinse resten.
Je kan op een 30 meter hoog wandelpad lopen, waarbij je een prachtig uitzicht hebt over de stad. Een kaartje kost €15, maar je mag hiermee 2x naar boven. Op die manier kan je zowel overdag als in de avond genieten van het bouwwerk.
Museo de Bellas Artes
Het museum van schone kunsten is ondergebracht in het gebouw van waar na de reconquista, de herovering van de Christenen op de Moren, de ‘Orde van Onze Lieve Vrouwe van Weldadigheid’ zijn onderkomen had.
De collectie bestaat uit kunstwerken die dateren van de periode van de middeleeuwen tot het begin van de twintigste eeuw.
De werken in het Museo de Bellas Artes komen niet alleen uit Spanje. Zo zijn onder meer de kunstenaars Jan Brueghel de Oude, Cornelis de Vos, Sebastiaen Vrancx, Jan Wildens, Willem Benson, Marcellus Coffermans en Pieter Aertsen in dit museum vertegenwoordigd.
de wijk Triana
In het westen van Sevilla, aan de overkant van de rivier de Guadalquivir, vind je de wijk Triana. Het is van oudsher een zeelieden-, arbeiders-, pottenbakkers- en industriële wijk, waar tot 1970 vele zigeuners woonden.Er zijn vele beroemde stierenvechters en flamencodansers en -zangers die uit de wijk komen.
Een van de bruggen over de de Guadalquivir is de Puente de Trianais die is gebouwd tussen 1847 en 1852. Deze is een van de oudste ijzeren bruggen in Spanje.
Buiten het gebaande pad
Tijdens je vakantie is het heerlijk om even lekker wat marktjes af te struinen. In Spanje zijn er naast de rommelmarktjes en de wekelijkse markten ook de indrukwekkende overdekte markten.
In Sevilla is er op de donderdagen tot 14.00 Mercadillo de los Jueves. Dit is één van de oudste vlooienmarktjes. Deze markt heeft kraampjes met tweedehands boeken, ansichtkaarten, oude foto’s, schilderijen, rieten manden, meubels en van allerlei vlooienmarktmarktachtige snuisterijen.
La Cartuja (Expo ’92)
De naam Expo heeft deze wijk te danken aan de wereldexpositie gehouden van 20 april tot en met 12 oktober 1992. Het thema van deze Expo was: ‘het tijdperk van de ontdekkingen’. Het was namelijk precies vijfhonderd jaar geleden dat Columbus in 1492 vanuit Sevilla Zuid-Amerika ontdekte.
Na de tentoonstelling werd een groot deel van de paviljoenen weer afgebroken om plaats te maken voor onder andere kantoorgebouwen. Het terrein van het Spaanse paviljoen werd zelfs omgebouwd tot een heus attractiepark: Isla Mágica. Enkele paviljoenen bleven gewoon behouden. Zo kan je er nog steeds de gebouwen van onder meer Marokko, Frankrijk, Mexico en de Europese Unie terugvinden.
Toch is het hier geen goednieuwsshow, want een groot deel van het expoterrein ligt er verwaarloosd bij. Na de wereldtentoonstelling verwachtte men de gebouwen snel een nieuwe bestemming te geven, maar dat liep helemaal anders toen bleek dat er maar weinig interesse was om de bestaande infrastructuur te gebruiken.
Voor liefhebbers van Urban exploring en fotografie is het een leuk gebied om in rond te wandelen.
Real Monasterio de Santa María de las Cuevas
op het Isla de la Cartuja staat het Real Monasterio de Santa María de las Cuevas, dat beter bekend staat als Monasterio de La Cartuja.
Dit klooster werd gesticht in de 15e eeuw en speelde een belangrijke rol tijdens de voorbereidingen van de reizen van Columbus. Hij verbleef hier na zijn eerste wereldreis en werd goed verzorgd door de nonnen. Nadat het klooster een paar eeuwen lang invloedrijk was in Sevilla en Spanje werd het verkocht aan de Engelsman Charles Pickman die het transformeerde in een keramiekfabriek. Dankzij de technische precisie kreeg de keramiek uit Sevilla internationale bekendheid onder de naam La Cartuja de Sevilla. Momenteel is het een museum en worden er kunstexposities gehouden.
Vanaf het klooster is het een klein stukje lopen naar de enige wolkenkrabber van Sevilla. Naast deze wolkenkrabber lig een modern winkelcentrum